Het grondbedrijf heeft over het afgelopen jaar een positief resultaat geboekt van ruim € 11,8 miljoen. Vooral de (verplichte) tussentijdse winstneming en de extra verkopen bij het onderdeel erfpacht hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het hoge positieve resultaat over 2019.
Net als de afgelopen jaren is het resultaat van het grondbedrijf dus positief. In 2019 hebben zich relatief weinig grote veranderingen voorgedaan in de projecten die leiden tot grote financiële consequenties. Daarmee zijn de resultaten in lijn met de verwachting van vorig jaar. Wel zijn er dit jaar vanuit de strategische posities een tweetal grondexploitaties vastgesteld en toegevoegd aan de projectenportefeuille. Dit betreffen de grondexploitaties Coehoorn en Lorentz Lyceum. Ondanks deze toevoegingen daalt de totale boekwaarde van het grondbedrijf al een aantal jaren. Dit komt doordat er weinig nieuwe posities worden aangekocht. Logischerwijs zou hiermee ook de bestemmingsreserve voor de grondexploitaties moeten dalen. Echter deze stijgt juist dit jaar doordat de commissie BBV in juli 2019 een notitie heeft opgesteld waarin is aan gegeven hoe met diverse risico-categorieën omgegaan moet worden. Deze aanscherping leidt tot een hoger risicoprofiel en daarmee tot een stijging van de (benodigde) bestemmingsreserve. Mede door het goede resultaat van het grondbedrijf over het afgelopen jaar kan die stijging vanuit het Grondbedrijf worden opgevangen en hoeft er geen beroep gedaan te worden op de algemene reserve.
Zoals al aangegeven heeft Arnhem steeds minder eigen (grond)posities om zelf sturing te geven aan ruimtelijke en programmatische (bijvoorbeeld extra woningbouw) vraagstukken. Bij de herijking van het grondbeleid zal aandacht worden gegeven hoe hier in de toekomst mee om kan worden gegaan.